
Wat is er nog gaande?
Lieve vrienden, het zal jullie niet ontgaan zijn dat het de laatste maanden, of misschien al wat langer, rustiger is rond Reclaimed Voices. Tegen vorige zomer hadden we een time-out ingelast. Rond diezelfde tijd begonnen er in mijn privéomstandigheden zaken mee te spelen die aandacht en energie kostten. Ik was inmiddels bijna drie jaar thuisloos, levend van mijn spaargeld, wachtend tot ik in aanmerking kwam voor een woning. Mijn geld raakte op en ik zag mij genoodzaakt bijstand aan te vragen. In het najaar lukte het me tijdelijk werk te vinden, in januari kreeg ik eindelijk een woning en in de weken die volgden was ik druk met klussen en inrichten.
Ondertussen speelde – en speelt! – er nog wel degelijk van alles wat te maken heeft met seksueel misbruik bij Jehovah’s Getuigen, wat niet altijd direct voor iedereen zichtbaar is. We hebben tussendoor wat berichten met jullie gedeeld, maar misschien is het goed om een overzicht te geven zodat het wat inzichtelijker wordt.
Onderzoek door de Universiteit van Utrecht
Begin december was het onderzoek naar Seksueel misbruik en aangiftebereidheid binnen de gemeenschap van Jehova’s getuigen afgerond en het rapport naar het ministerie van Justitie en Veiligheid gestuurd. Uiterlijk zes weken later zou het rapport openbaar worden gemaakt.
Begin januari werd duidelijk dat de openbaarmaking in de week van 20 januari zou zijn. Later kregen we een definitieve datum: 23 januari. Omdat wij ongetwijfeld vragen zouden krijgen uit de media, vroegen we ons af of wij als bestuur van Reclaimed Voices het rapport eerder mochten inzien. Ons werd toegezegd dat we het de dag ervoor, op woensdag 22 januari, onder embargo zouden ontvangen. We kregen ook een uitnodiging van de onderzoekers van de Universiteit van Utrecht voor een gesprek op de donderdagmorgen voordat het openbaar werd. Zo konden wij nog vragen stellen en zij een toelichting geven.
Het liep anders. Het bestuur van Jehovah’s Getuigen in Emmen spande op het laatste moment een kort geding aan, om publicatie van het rapport te voorkomen. In plaats van het onderzoeksrapport door te lezen, zaten wij die hele woensdagmiddag bij rechtbank Midden-Nederland. Op de gang, want de advocaat van Jehovah’s Getuigen verzocht de zitting achter gesloten deuren te laten plaatsvinden en de rechter had dit toegekend.
Jullie kennen de uitkomst inmiddels: op donderdag waren we opnieuw bij dezelfde rechtbank en werden de bezwaren van Jehovah’s Getuigen door de rechter op alle punten afgewezen. Het rapport werd vrijgegeven.
Jehovah’s Getuigen dagen OM voor gerecht
In dezelfde week dat het kort geding speelde, hoorden we dat Jehovah’s Getuigen ook een rechtszaak waren begonnen tegen het Openbaar Ministerie. Ze vonden dat de invallen in koninkrijkszalen, het bijkantoor in Emmen en in enkele woningen van ouderlingen onrechtmatig waren. Ze beriepen zich op het verschoningsrecht dat ouderlingen zouden hebben aangaande informatie die tijdens pastorale zorg met hen gedeeld wordt.
De zaak zou plaatsvinden op 29 januari, maar daags ervoor ontving het bestuur van Jehovah’s Getuigen het tegenverweer van het OM. Ze vroegen om uitstel en de zaak werd verplaatst naar 6 maart. Tegen die tijd vroegen ze nogmaals uitstel en zo kwam de zaak uiteindelijk op 10 april voor. Inmiddels zaten we midden in de coronacrisis en de zaak werd via beeldbellen gevoerd. Buiten de betrokken partijen waren er enkele journalisten die de gelegenheid hadden om in te bellen en zo de zaak te volgen.
Verslaggeefster Marinde van de Breggen schreef naar aanleiding van de zitting in Trouw: “Als de geloofsgemeenschap gelijk krijgt van de rechter, betekent dat dat de inval onrechtmatig was. Gevolg daarvan zou zijn dat de in beslag genomen documenten niet mogen worden gebruikt als bewijs in de strafzaak tegen de misbruikverdachte.” We kijken dan ook vol spanning uit naar de uitspraak, die op 8 mei zal zijn.
Minister Dekker en de Jehovah’s Getuigen
Minister Dekker wil graag dat de gemeenschap van Jehovah’s Getuigen de aanbevelingen uit het rapport ter harte neemt en toepast. Hij had daarom het onderzoeksrapport al eerder, in december, naar het landelijk bestuur in Emmen gestuurd. Weliswaar ook onder embargo. Het bestuur van de christelijke gemeente van Jehovah’s Getuigen in Nederland reageerde met een lange brief aan minister Dekker, waarin zij hun bezwaren tegen het rapport kenbaar maakten. Het bestuur is van mening dat het rapport ‘ernstige fouten’ bevat, dat de overheid er geen besluitvorming op dient te baseren en het rapport ook niet openbaar diende te worden gemaakt [Lees hier onze reactie op de Expert Opinion die als bijlage bij deze brief was gevoegd].
Nadat de rechter de bezwaren van Jehovah’s Getuigen tegen publicatie had verworpen, vond er opnieuw een gesprek plaats tussen minister Dekker en het bestuur van Jehovah’s Getuigen uit Emmen. De minister heeft er nogmaals op aangedrongen de aanbevelingen uit het rapport ter harte te nemen. Het bestuur zou zich hierover beraden en de minister later een reactie geven.
Ook het bestuur van Reclaimed Voices mocht op gesprek komen bij minister Dekker. Op 2 maart reisden wij daarom naar Den Haag. Tijdens het gesprek kreeg ik de indruk dat de minister vooral een oordeel wilde vormen over wie wij waren. Op zeker moment concludeerde hij – toch wat tevreden, geloof ik – dat wij niet op hem overkwamen als misnoegde ex-leden die erop uit waren de organisatie van Jehovah’s Getuigen kapot te maken. Zo had het bestuur van Jehovah’s Getuigen ons, in ieder geval in de brief, afgeschilderd.
Minister Dekker zal de Tweede Kamer inlichten over de resultaten van het onderzoek naar seksueel misbruik bij Jehovah’s Getuigen. Hij wilde eerst de reactie van het bestuur van Jehovah’s Getuigen afwachten, naar aanleiding van het gesprek met hem. Inmiddels heeft de minister deze ontvangen. Minister Dekker besloot vervolgens ook de uitspraak van het Hof in hoger beroep af te wachten. Want het bestuur van Jehovah’s Getuigen had geen genoegen genomen met de uitspraak van de rechter in het kort geding.
Hoger beroep aangaande rapport UU
“Mocht het rapport toch openbaar worden gemaakt, dan zullen wij alle beschikbare rechtsmiddelen aanwenden om de conclusies en aanbevelingen aan te vechten”, had het bestuur van Jehovah’s Getuigen in Nederland aan minister Dekker geschreven in hun reactie op het onderzoeksrapport.
De verwijzingen naar artikelen uit het Europese Verdrag van de Rechten van de Mens in de brief aan Dekker, wekken bij mij de indruk dat Jehovah’s Getuigen een rechtszaak voeren om de godsdienstvrijheid. Ze lijken zich aangevallen en gediscrimineerd te voelen om hun geloof. Het kwalijke hiervan is dat de organisatie van Jehovah’s Getuigen daarmee de aandacht verlegt en in de slachtofferrol kruipt. Zo lijken zij de benadeelde partij die voor haar rechten opkomt.
De zaak in hoger beroep loopt nog en ik kan er verder nog niets over zeggen. Wanneer we er nieuws over hebben, of als er een uitspraak is, laten we het jullie weten.
Laten we ondertussen niet vergeten waar het werkelijk om gaat. Het gaat om veiligheid voor kinderen. Het gaat om de juiste hulp voor slachtoffers van seksueel misbruik en erkenning van wat zij geleden hebben. Het gaat om hoe een – weliswaar religieuze – gemeenschap en haar leiding omgaat met situaties van seksueel misbruik en de slachtoffers daarvan.
Coronacrisis
Ondertussen zitten we midden in een coronacrisis. Het is daarom misschien niet zo erg dat het allemaal lang lijkt te duren met de ontwikkelingen. Politici en media hebben nu vooral aandacht voor het coronavirus, de maatregelen en de gevolgen daarvan. We zullen gewoon in de gaten moeten houden dat het straks op het juiste moment weer de nodige aandacht krijgt.
Ik kan me voorstellen dat de coronamaatregelen ook voelbare gevolgen hebben bij jullie allen. Het gemis aan contact, fysieke nabijheid, de geborgenheid en troost die van een omarming uitgaat, een gevoel van eenzaamheid. Menigeen van jullie hopen wij terug te zien, in een tijd waarin we elkaar weer gewoon met een omarming mogen begroeten. Wees tot die tijd vooral lief voor elkaar en voor jezelf!
Met lieve groet,
Aswin
One thought on “Wat is er nog gaande?”
Dank je wel.